In 1660 trouwde Guertgen Arentsochter met Hendrick Emptinck. In deze boedelinventaris staat de bruidsschat beschreven die zij meebracht. De lijst geeft een goed beeld van de bezittingen die een jonge vrouw uit de kleine burgerij bezat.
In 1660 trouwde Guertgen Arentsochter met Hendrick Emptinck. In deze boedelinventaris staat de bruidsschat beschreven die zij meebracht. De lijst geeft een goed beeld van de bezittingen die een jonge vrouw uit de kleine burgerij bezat.
Maker |
Florens Swan |
Datering |
1660 |
Collectie |
Archief |
Organisatie |
|
Nummer |
Toegang 1617, inventaris 228 |
Link |
http://noord-hollandsarchief.nl/bronnen/archieven?mivast=236&mizig=210&miadt=236&miaet=1&micode=1617&minr=1039385&miview=inv2 |
Overzicht van alle transcripties
Overzicht van bron(nen) op de kaart
Inventaris van de goederen die
Guertgen Arentsdochter ten
huwelicke aenbrengen sal bij Hendrick
Emptinck haeren toecomende
bruydegom
Twee huycken
Een roode rock
Een paerse rock
Twee blaeuwe rocken
Een swarte groffgreyne rock
Een swarte laeckense rock
Een gecoleurde rock
Twee Vriesche rocken
Twee bonte jacken met mouwen
Een geblomt damast jack
Twee swarte Turckse jacken met mouwen
Een gebeelt jack
Een gecoleurt jack
Twee swarte heere saeye schorten
Drie blaeuwe schorten
Twee roode borstrocken
Twee bonte borstrocken
Drie requessgens
Drie fulpe lapers (NB: fulpen = van of als van fluweel)
Een Coers schortecleet
Een Turcxs schortecleet
Een paers schortecleet
Drie paer koussen
Een root incornate rocklijff
Een blaeuw rocklijff
Een silvere beecker
Twee silvere lepels
Een silver onderriem
Twee silvere tuygen
Een silver messgen
Een silver sleutelraecxs (NB: sleutelreeks = sleutelbos)
Een boeck met silver beslach
Een tasch met een silveren kettinch
Vier goude ringen
Een bedt ende peulu
Ses deeckens
Twee paer kussens
Twee gordijnen
Twee kleetgens
Acht blauwe schortekleen
Acht witte schortekleen
Twintich santeen
Een en twintich fleppen
Ses hooftdoecken
Ses doeckhuyven met bantgens
Drie kraegen
Veertich mutsen
Vijftich halsgens
Elff gesteeckte mutsen
Vier ende t’sestich sack neusdoecken
Twintich neusdoecken met kant die men om de hals draecht
Acht neusdoecken sonder kant
Twee en dertich laeckens
Drie Ses ende t’sestich dertich kusseslopens
Seve peululaeckens
Twee ende dertich servietten
Vijff taffellaeckens
Drie ende dertich hemden
Thien nachtmantels
Acht handtdoecken
Een wit lijffgen
Seven stoelkussens
Een kaert
Een ende twintich twaelff schilderijen
Acht kleyne schilderijtgens
Een ende twintich twaelff groote schuttelen
Een ende t‘ sestich cleyne schuttelen
Een spiegel
Een heugel
Een tangh
Een haert ijser
Een taeffeltgen
Twee swarte stoelen
Ses ende t’seventich stoelen
Twee kassen
Ses postoleyne kopgens
Drie kommen cleyne kommen
Twee kopere potten
Een gootelingh
Een bijbel
Een testament
Een kan
Een kandelaer
Een mostaertpot
Een soutvat
Vijff doosen
Een vullisback
Een eetens kassgen
Een preeckstoel
Een letterhoute emmertgen
Twee manden
Vier strijckijsers
Een ton met een sloth
Een cleerben
Alsdus gedaen binnen Haerlem ende in kennisse der
waerheyt desen geonderteeckent, op den vier ende
twintichsten april anno 1660